Vita-me gaat uit van pure, natuurlijke en eerlijke producten zonder onnodige en belastende kunstmatige toevoegingen. Het klinkt allemaal simpel maar in de praktijk blijkt het vaak helemaal niet zo makkelijk om aan pure voedingsmiddelen te komen. Gek is dat eigenlijk he?

Wist je bijvoorbeeld dat 80% van de voeding uit de supermarkt vooral vullend en niet voedend is voor je lichaam? Dit wil zeggen dat de meeste producten in de reguliere supermarkt zijn bewerkt met (kunstmatige) toevoegingen zoals geur-, kleur- en smaakstoffen en E-nummers. Voedingsmiddelen kunnen snel in kwaliteit achteruit gaan of zien er na een tijdje minder aantrekkelijk uit. Om ze toch aantrekkelijk te houden voor de consument worden additieven of E-nummers toegevoegd. Zij kunnen bijvoorbeeld zorgen voor:

• Een langere houdbaarheid
• Een betere kleur, geur en smaak
• Een gemakkelijkere bereiding
• Een betere samenhang van het product

E-nummers zijn onderverdeeld in groepen als:

• Kleurstoffen (E100-E180)
• Conserveermiddelen (E200-E252) en;
• Smaakversterkers (E620-E650)

E-nummers zijn kort gezegd hulpstoffen welke goedgekeurd zijn door de Europese Unie. Maar goedgekeurd is hier ver weg van wat gezond is voor je lichaam.

Met al deze toevoegingen aan een product is een voedingsmiddel niet meer puur, natuurlijk en eerlijk te noemen. Maar…. hoe weet je nou of je in de supermarkt nou wel of niet een product moet kopen?

Hieronder volgt een kort lijstje om je te helpen producten uit te zoeken zonder E-nummers:

1. Biologische producten: de producten zijn iets duurder maar zoveel beter voor je lichaam. Aan biologisch producten worden geen additieven toegevoegd. Bij het telen van biologische producten mag geen gebruik gemaakt worden van kunstmest, pesticiden of bestrijdingsmiddelen zodat je minder gif in je lichaam krijgt. Het is een hele omslag om meteen alles biologisch te kopen en dat is bij sommige voedingsmiddelen ook minder hard nodig. Begin met af en toe eens wat biologisch groenten en fruit op het menu te zetten.
2. Vermijd zoveel mogelijk E-nummers, zoetstoffen en andere overbodige toevoegingen. Belangrijk is dus etiketten te lezen op de verpakking.
3. Kies voor producten die zo min mogelijk ingrediënten bevatten. Hoe minder ingrediënten hoe beter.
4. Op een etiket wordt altijd het ingrediënt waarvan het meest aanwezig is in het product als eerste genoemd. Probeer dus producten waar suiker als eerst genoemd staat, te vermijden. Laat je ook niet voor de gek houden. Bij een vruchtensap kun je bijvoorbeeld op een etiket lezen wat de ingrediënten zijn. Begint de lijst met water, gevolgd door suiker en daarna fruit? Dan kun je nagaan hoe weinig fruit er in het vruchtensap zit. Ga dan liever voor versgeperst sap met fruitvezels, zodat je zeker weet dat je ook werkelijk vruchtensap drinkt.
5. Probeer zakjes en pakjes zoals soep, sauzen, spaghetti/macaroni mix te vermijden en maak zelf de saus van échte ingrediënten.
6. Probeer altijd te bedenken of je kunt achterhalen waar een product vandaan komt. Haal je plakje ontbijtkoek zo van het land? Waar is dat plakje allemaal wel niet van gemaakt.. Van een noten of muesli reep (biologisch) weet je in ieder geval zeker dat het van muesli of noten gemaakt is. Nog beter is om zelf (muesli)repen te maken dan weet je helemaal zeker wat er in zit.
7. Lees je een ingrediënt op een etiket of product dat je niet eens uit kunt spreken? Vermijd het dan liever

Wil je graag meer advies en tips? Neem dan contact met mij op.